Betekenis zeggen
Op deze pagina vind je 3 verschillende betekenissen of definities van het woord 'zeggen’, geordend van meest populaire betekenis naar minst populaire. Indien je zelf nog een definitie of synoniem kent, kan je deze onderaan deze pagina toevoegen.
zeggen
(overgankelijk) mondeling mededelen, spreken, betuigen
VB: Hij zegt dat hij gewoon aanwezig was.
Zeggen
Aangeven, Aanstippen, Aanvoeren, Afdraaien, Afsteken, Bekendmaken, Betogen, Betuigen, Beweren, Converseren, Debiteren, Declareren, Inbrengen, Indienen, Inkleden, Lossen, Mededelen, Onthullen, Opdissen, Openbaren, Opmerken, Opnoemen, Opperen, Opwerpen, Opzeggen, Praten, Pretenderen, Prononceren, Reciteren, Spreken, Spuien, Uitbazuinen, Uitbrengen, Uitdrukken, Uiteenzetten, Uiten, Uitkramen, Uitroepen, Uitslaan, Uitspreken, Ventileren, Verhalen, Verklappen, Verklaren, Verkondigen, Vermelden, Veropenbaren, Verraden, Vertellen, Vervatten, Verwoorden, Verzekeren, Volhouden, Voordragen, Zich uiten; Achten, Denken, Geloven, Menen, Oordelen, Van mening, Zijn, Vaststellen, Vinden; Bevelen, Commanderen, Decreteren, Gebieden, Gelasten, Opdragen, Opleggen, Verordenen, Verzoeken; Aanmerken, Verwijten; Aanduiden, Beduiden, Betekenen, Impliceren, Inhouden, Luiden