Betekenis volbouwde

Op deze pagina vind je 2 verschillende betekenissen of definities van het woord 'volbouwde’, geordend van meest populaire betekenis naar minst populaire. Indien je zelf nog een definitie of synoniem kent, kan je deze onderaan deze pagina toevoegen.

1 0

volbouwde

enkelvoud verleden tijd van volbouwen

VB: Ik volbouwde.
Jij volbouwde.
Hij, zij, het volbouwde.

2 0

volbouwde

(in een bijzin) enkelvoud verleden tijd van volbouwen

VB: ... dat ik volbouwde.
... dat jij volbouwde.
... dat hij, zij, het volbouwde.

Voeg in onderstaand formulier een betekenis van het begrip volbouwde toe. Velden met een ster (*) zijn verplicht!