Op deze pagina vind je 1 betekenis of definitie van het woord 'sputterde’. Indien je zelf nog een definitie of synoniem kent, kan je deze onderaan deze pagina toevoegen.
1-1
sputterde
enkelvoud verleden tijd van sputteren
VB: Ik sputterde.
Jij sputterde.
Hij, zij, het sputterde.