Betekenis praatte uit

Op deze pagina vind je 1 betekenis of definitie van het woord 'praatte uit’. Indien je zelf nog een definitie of synoniem kent, kan je deze onderaan deze pagina toevoegen.

1 0

praatte uit

enkelvoud verleden tijd van uitpraten

VB: Ik praatte uit.
Jij praatte uit.
Hij, zij, het praatte uit.

Voeg in onderstaand formulier een betekenis van het begrip praatte uit toe. Velden met een ster (*) zijn verplicht!