Op deze pagina vind je 1 betekenis of definitie van het woord 'omsloot’. Indien je zelf nog een definitie of synoniem kent, kan je deze onderaan deze pagina toevoegen.
1-1
omsloot
enkelvoud verleden tijd van omsluiten
VB: Ik omsloot.
Jij omsloot.
Hij, zij, het omsloot.