Betekenis multipliceerde

Op deze pagina vind je 1 betekenis of definitie van het woord 'multipliceerde’. Indien je zelf nog een definitie of synoniem kent, kan je deze onderaan deze pagina toevoegen.

1 0

multipliceerde

enkelvoud verleden tijd van multipliceren

VB: Ik multipliceerde.
Jij multipliceerde.
Hij, zij, het multipliceerde.

Voeg in onderstaand formulier een betekenis van het begrip multipliceerde toe. Velden met een ster (*) zijn verplicht!