Betekenis implanteerde

Op deze pagina vind je 1 betekenis of definitie van het woord 'implanteerde’. Indien je zelf nog een definitie of synoniem kent, kan je deze onderaan deze pagina toevoegen.

1 0

implanteerde

enkelvoud verleden tijd van implanteren

VB: Ik implanteerde.
Jij implanteerde.
Hij, zij, het implanteerde.

Voeg in onderstaand formulier een betekenis van het begrip implanteerde toe. Velden met een ster (*) zijn verplicht!