Betekenis hockeyde

Op deze pagina vind je 1 betekenis of definitie van het woord 'hockeyde’. Indien je zelf nog een definitie of synoniem kent, kan je deze onderaan deze pagina toevoegen.

1 0

hockeyde

enkelvoud verleden tijd van hockeyen

VB: Ik hockeyde.
Jij hockeyde.
Hij, zij, het hockeyde.

Voeg in onderstaand formulier een betekenis van het begrip hockeyde toe. Velden met een ster (*) zijn verplicht!