Betekenis -er

Op deze pagina vind je 13 verschillende betekenissen of definities van het woord '-er’, geordend van meest populaire betekenis naar minst populaire. Indien je zelf nog een definitie of synoniem kent, kan je deze onderaan deze pagina toevoegen.

1 0

-er

toegevoegd aan de stam van een overgankelijk of inergatief werkwoord: het agens dat de actie van het werkwoord uitvoert
VB: arbeider, wekker

2 0

-er

toegevoegd aan de eigennaam van sommige plaatsen en gebieden: de aanduiding van een mannelijke inwoner of ingezetene
VB: Amsterdammer, Limburger

3 0

-er

instrument waarmee de handeling wordt verricht die het grondwoord noemt
VB: gieter, prikker

4 0

-er

toegevoegd aan een bijvoeglijk naamwoord: de vergelijkende vorm
VB: aardiger, groter

5 0

-er

toegevoegd aan de eigennaam van sommige plaatsen en gebieden: ter aanduiding van wat daar vandaan komt of er betrekking op heeft
VB: een Amelander kaas, het Groninger museum

6 0

-er

(verouderd) toegevoegd direct na de stam van een werkwoord, voor een eventuele uitgang levert het een frequentatief op, dat herhaling en intensiteit uitdrukt
VB: Zij knipperde met haar ogen toen ze uit de donkere berging weer in de hel verlichte keuken kwam.

7 0

-er-

Oorspronkelijk dienend als meervoudsaanduiding, vergelijk Duits en Limburgs: -er.

8 0

-er-

een affix zonder eigen betekenis dat tussen twee delen van een samenstelling geplaatst is. Hierdoor worden de twee delen van een woord op toepasselijke wijze met elkaar verbonden. De spelling volgt gedeeltelijk die van de meervoudsvorm, als er slechts één meervoudsvorm is en deze eindigt op -eren
VB: Kind, kinderen + wagen → kinderwagen.
Ei, eieren + dop → eierdop.
Wild → wildernis.

9 0

er

(tweeletterwoord) onbepaald bijwoord van plaats: ergens
VB: Er is honger.

10 0

er

als locatief deel van een voornaamwoordelijk bijwoord vervangt het een persoonlijk voornaamwoord: het, ze
VB: Je kunt de bergen boven het (landschap) zien => Je kunt er de bergen boven zien.

11 0

er

partitief onder weglating van van
VB: Hij heeft er drie van => hij heeft er drie.

12 0

er

als inleiding van een onpersoonlijke lijdende vorm van overgankelijke werkwoorden
VB: Er werden veel broden gebakken.

13 0

er

als inleiding van een onpersoonlijke lijdende vorm van inergatieve werkwoorden
VB: Er werd gelachen en gejoeld.

Voeg in onderstaand formulier een betekenis van het begrip -er toe. Velden met een ster (*) zijn verplicht!