Betekenis domicilieerde

Op deze pagina vind je 1 betekenis of definitie van het woord 'domicilieerde’. Indien je zelf nog een definitie of synoniem kent, kan je deze onderaan deze pagina toevoegen.

1 0

domicilieerde

enkelvoud verleden tijd van domiciliëren

VB: Ik domicilieerde.
Jij domicilieerde.
Hij, zij, het domicilieerde.

Voeg in onderstaand formulier een betekenis van het begrip domicilieerde toe. Velden met een ster (*) zijn verplicht!