Op deze pagina vind je 1 betekenis of definitie van het woord 'beaamde’. Indien je zelf nog een definitie of synoniem kent, kan je deze onderaan deze pagina toevoegen.
1-3
beaamde
enkelvoud verleden tijd van beamen
VB: Ik beaamde.
Jij beaamde.
Hij, zij, het beaamde.